Vorm en inhoud in een relationeel samenspel: Medicalisering van verliefdheid en de kracht van verhalen in Hanna Bervoets’ Efter  

Door Lydia Fris

Hanna Bervoets schrijft dit jaar het Boekenweekgeschenk Wat wij zagen, dat deze maand verschijnt. ‘Hanna is met haar inspirerende oeuvre en scherpe observaties een belangrijke stem in de literatuur en een van de meest toonaangevende vertegenwoordigers van een nieuwe generatie,’1 schreef de directeur van Collectieve Propaganda van het Nederlandse Boek (CPNB). Haar roman Efter getuigt hier het best van, en haalde de longlist van de Libris Literatuurprijs en de Gouden Boekenuil en kwam tevens op de shortlist van de BNG Bank Literatuurprijs terecht. De roman verhaalt over negen personages die allemaal op hun eigen manier betrokken zijn bij Love Adiction Disorder (LAD) en Efter, het ontwikkelde medicijn  tegen het als verslaving bestempelde verliefd zijn. Bervoets’ roman trekt je mee in een wereld die we herkennen als de onze, maar die tegelijkertijd is doorgeslagen, zodat de lezer zich na het lezen van de roman even verward als opgelucht voelt. Want het is niet onze wereld waarover we hebben gelezen. Toch?  

In Efter volgen we achtereenvolgens wat er in de maanden mei, juni, juli, augustus en december gebeurt. Bijna elke maand staan twee andere personages centraal die optreden als focalisators. Zo hebben we te maken met Robert, de vriend van Heleen en de stiefvader van Meija. En Pete, die promotie maakt voor het nieuw op de markt gebrachte medicijn Efter en tevens de echtgenoot is van Katinka, die in de LAD-kliniek werkt waar cliënten worden opgenomen om van hun verslaving af te komen. Dan Meija zelf, die onbeantwoorde liefde koestert voor Sjoerd en in de LAD-kliniek opgenomen wordt, waar ook Silver en Fajah als cliënten zitten. Alles draait om het bestaan van LAD en het medicijn Efter, en al snel wordt duidelijk dat er sprake is van belangen-verstrengeling hieromtrent, iets dat journaliste Laura  ontdekt en waar zij in haar ‘realms’ op een kritische wijze verslag van doet. Wat echter opvalt, is dat Laura niet het bestaan van een ‘Love Adiction Disorder’ bekritiseert, maar slechts de dubbele agenda’s van de personages.  

Dat is waar Efter grotendeels over gaat: het verlangen van personages om zich te verbinden aan anderen en het verlangen die relaties zelf te beïnvloeden.

We worden in de roman geconfronteerd met verschillende  focalisators en genres of vertelvormen. Zo komen we in de roman journalistieke stukken en persoonlijke blogs tegen, ‘realms’, beide geschreven in de ik-vorm, terwijl in de verhalende tekst een verteller het woord neemt. De meerduidige focalisatie en de verschillende genres kunnen worden geanalyseerd als een technische uitwerking van wat in de wetenschappelijke literatuur ‘literair relationisme’ wordt genoemd. Kort gezegd draait het hierin om de pogingen die personages doen om elkaar te begrijpen en verbindingen met elkaar aan te gaan. Er wordt een constructie van een personage gemaakt door in te gaan op de relaties die het personage heeft met anderen, omdat het personage mede door al die anderen gevormd wordt.2 Dat is waar Efter grotendeels over gaat: het verlangen van personages om zich te verbinden aan anderen en het verlangen die relaties zelf te beïnvloeden. De verschillende genres en de meerduidige focalisatie in Efter laten technisch zien wat het relationisme inhoudt: verschillende perspectieven en verschillende vertelvormen hebben invloed op hoe de personages talig gevormd worden, zoals ook de betrokken personages elkaar binnen het verhaal beïnvloeden en daarmee vormen.  

De natuurlijke manier van verbindingen aangaan wordt echter verstoord met de komst van het medicijn Efter. Efter bemiddelt  in de relaties tussen de personages. In deze samenleving wordt verliefdheid tot een beheersbaar en controleerbaar fenomeen gemaakt, iets dat je kunt sturen en beïnvloeden, en niet alleen bij jezelf. Personages kunnen hun verliefdheid kwijtraken en niet verliefde mensen  kunnen er bepaalde gevoelens mee stimuleren  en dat allemaal  door het slikken van de Efterpillen. Wat we zien is het proces van ‘reïficatie’: tot economisch object maken.3 Dit past binnen de kaders van het neoliberalisme, waarin alles onderdeel wordt van een economisch model, zelfs  de emotionele sfeer van het leven. In Efter wordt verliefdheid tot een  object  gemaakt, het wordt gemedicaliseerd, je kunt het nu regisseren door middel van medicatie. De roman lijkt het medicaliseren in onze eigen maatschappij uit te vergroten, als een experiment, zoals Bervoets graag experimenteert in haar romans. Wordt er dan kritiek geuit op het medicaliseren van ‘gewone’ verschijnselen in onze maatschappij, of op wat we tot verslaving rekenen? 

Bervoets’ roman draait om causaliteit en verhalen. Want niet slechts Efter bemiddelt in de relaties tussen de personages, meer nog hebben verhalen de kracht om in de relaties te arbitreren. Relationisme wordt door de verhalen gevoed. Het gaat om de verhalen die de personages vertellen, aan elkaar en aan zichzelf, om te kunnen overleven, want ieder personage beweegt binnen de narratieve kaders die het voor zichzelf  en anderen heeft uitgezet, hetzij troostrijk, hetzij manipulatief. Het motto van de roman zegt genoeg: ‘The world is a story we tell ourselves about the world’4. Hoe zit het met het verhaal dat Bervoets heeft geschreven met Efter? Schreef ze een dystopie? In mijn ogen niet. Bervoets heeft een wereld in de nabije toekomst geschetst die we herkennen als de onze, maar waarin één  fenomeen  een extreme ontwikkeling heeft doorgemaakt. Het draait in haar roman niet om de wereld waarin de personages leven, maar de verhoudingen tussen de personages staan centraal. Niet een kritische stem voert het hoogste woord, maar een nieuwsgierige onderzoeker gaat achter deze roman schuil. Verhalen, waar of niet, drijven de mens in relationele zin.  

Verhalen, waar of niet, drijven de mens in relationele zin.

Efter is een waar meesterwerk. Dat Bervoets verliefdheid medicaliseert, getuigt van originaliteit en vindingrijkheid. Het aloude thema van de liefde krijgt een compleet nieuwe betekenis en het aloude thema van verhalen krijgt een nieuwe lading door het relationeel in te vullen. Technisch laat Bervoets uitstekend zien wat er inhoudelijk speelt. Efter leest vlot en laat op z’n best zien waar Bervoets toe in staat is. Dit boekis bovendien ondanks zijn leeftijd actueel: de Efterproducent  Fizzler in de roman komt  opvallend  dichtbij  nu  coronavaccin-producenten als Pfizer de krantenkoppen halen. Met Bervoets’ roman sta je middenin de wereld van vandaag. Dit smaakt naar meer.  Kom maar op met dat Boekenweekgeschenk!  



Bibliografie

Bervoets, H., Efter. Amsterdam: Atlas Contact, 2014.  

Demeyer, H., S. Vitse, Affectieve crisis, literair herstel. De romans van de millennialgeneratie. Amsterdam: Amsterdam University Press, 2020.  

Dijk, Y. van, M. Olnon, ‘Radicaal relationisme. Het andere engagement in de jongste   Nederlandse literatuur’. In: De Gids 3 (2015).  

Aendekerk, E., ‘Hanna Bervoets schrijft Boekenweekgeschenk 2021’. Webpagina CPNB, 15   december 2020, <https://www.cpnb.nl/nieuws/hanna-bervoets-schrijft-boekenweekgeschenk-2021>.  

Leave a Reply

Fill in your details below or click an icon to log in:

WordPress.com Logo

You are commenting using your WordPress.com account. Log Out /  Change )

Twitter picture

You are commenting using your Twitter account. Log Out /  Change )

Facebook photo

You are commenting using your Facebook account. Log Out /  Change )

Connecting to %s

%d bloggers like this: